Het begin van de Lutherse gemeente te Groede moet in feite worden gezocht bij het vertrek van een groep inwoners van Dornberg in het aartsbisdom
Salzburg in het najaar van 1732.
Het strenge optreden van de in 1727 benoemde bisschop daar, Leopold von Firmian, deed vele protestanten er besluiten om te vluchten. Enige
maanden eerder reeds was er op initiatief van de Lutherse gemeente in Middelburg een groep van 59 emigranten uit Salzburg naar Walcheren
gehaald en ondergebracht in de steden Middelburg, Veere en Vlissingen. Vanwege het tekort aan arbeidskrachten in het Vrije van Sluis, een gebied in
Staats-Vlaanderen dat overeenkomt met het huidige West Zeeuws-Vlaanderen, richtten de bestuurders zich tot de Staten-Generaal met het verzoek
een groep van ongeveer 800 Salzburgers te mogen opnemen. Op 29 november van het genoemde jaar vertrokken 784 Lutheranen per schip onder
leiding van de jonge predikant Johannes Gottlob Fischer. Na een tocht met vele ontberingen en onderbrekingen kwamen op 9 maart 1733 achttien
schepen aan in de buurt van Breskens. De mensen werden verspreid over dorpen, buurtschappen en polders van het Vrije van Sluis. De onderneming
beantwoordde echter niet geheel aan de wederzijdse verwachtingen. De vroegere zoutmijn-werkers bleken weinig geschikt voor het aangeboden werk
in de landbouw. Allerlei ziekten eisten reeds na korte tijd tientallen slachtoffers.
Ook de verdeling van de groep over de regio zorgde voor problemen. Vanwege de moeilijke bereikbaarheid van een aantal plaatsen moest predikant
Fischer, later met steun van zijn Middelburgse collega’s, voortdurend van her naar der reizen. Reeds na een half jaar, op 7 september, vertrok het eerste
schip met Salzburgers weer terug richting Duitse landen. Nog vier schepen volgden in hetzelfde jaar.
In 1734 waren er in het Vrije van Sluis nog 224 Salzburgers over, in 1741 nog een groep van 171. De meesten van hen woonden in Groede.
In 1737 telde men daar 102 emigranten, in Schoondijke 29 en in Nieuwvliet 15. Vanwege de concentratie van Salzburgers in Groede ontwikkelde deze
plaats zich in korte tijd tot het centrum van de Lutherse gemeente in het Vrije van Sluis. Tot 1743 mochten de Lutheranen er gebruik maken van de
Nederduits -Gereformeerde kerk. In dat jaar werd het verlangen naar een eigen kerkgebouw gerealiseerd.
Op 28 mei 1742 was daarvoor de eerste steen gelegd door J.G. Fischer.
Het kerkgebouw werd ingewijd op 1 september van het jaar daarop door de predikanten F.H. Vogt en H. van Gareel.
De eenvoudige zaalkerk werd gebouwd met financiële steun van de Lutherse gemeente te Amsterdam. Behalve een kerk stichtten de Lutheranen hier
ook een school, de enige die ons land heeft gekend.
In de tweede helft van de achttiende eeuw groeide het getal Lutheranen weer tot boven de 200 zielen, vooral ten gevolge van de legering destijds van
uit de Duitse landen afkomstige Lutherse soldaten. In de loop van de negentiende eeuw echter daalde hun aantal sterk onder andere vanwege
vermenging met Hervormden.
Op 1 januari 1989 fuseerde de gemeente Groede met die van Middelburg en Vlissingen.
Voortaan vormden ze een gemeente, de Evangelisch-Lutherse gemeente Middelburg. Het kerkgebouw werd in 1991 verkocht aan de Stichting
Monumentenbehoud Groede, die het na een grondige restauratie wil gaan exploiteren voor culturele activiteiten.
In het concept van een bruikleenovereenkomst van 12-02-1993 worden alle in deze inventarislijst beschreven voorwerpen, met uitzondering van de
nummers 2 en 3 ( kansel met lezenaar) door de kerkenraad van de Evangelisch-Lutherse gemeente Groede-Middelburg-Vlissingen in bruikleen
afgestaan aan de Stichting Groede.
De nummers 4, 5, 6, 7, 9, 15 en 16 werden in december 1991 naar het Rijksarchief Zeeland te Middelburg overgebracht ( mondelinge mededeling).
Voorts werden een aantal kostbare voorwerpen overgebracht naar de Lutherse kerk te Middelburg.
Evangelisch-Lutherse Kerk Groede
Eenvoudig zaalgebouwtje onder schilddak.
De muurvlakken zijn verdeeld door lisenen.
Dit zijn, in de bouwkunst, verticale, iets uit de muur springende stroken zonder voetstuk of bekroning.
Ze hebben een decoratieve functie: door het gebruik van lisenen wordt een muur in vlakken verdeeld
( boogvensters).
Aan de straatzijde een eenvoudige ingangspartij.